Na ons tripje in februari naar Portugal wilden we in maart nog meer grutto’s en zodoende komen we uit bij de hut op Marken. Vanuit een houten Pipo de clown wagen weidevogels fotograferen zoals grutto, watersnip en tureluur. Je kunt er bovendien blijven overnachten. Een nachtje omringd door weidevogels. Wat wil je nog meer? Op naar Marken dus!
Weidevogels dichtbij
Jaren geleden gebruikte ik het houten onderkomen al eens. Er was toen nog geen sprake van verhuur via Wildernistrek. Het was toen al spectaculair, dus is het onderhand wel tijd voor nog een bezoek aan deze
fotohut. De hut wordt verhuurd vanaf maart tot en met begin juni; de tijd die interessant is voor de grutto en andere weidevogels. We worden met onze foto-uitrusting en slaapzakken naar de fotohut gebracht en we gaan ons installeren. Binnen is het met twee personen te doen, het is af en toe wel een beetje passen en meten, maar ja, wat maakt dat uit. In deze hut zitten houten luiken die je open kunt schuiven en op de vloer liggend kun je diverse soorten weidevogels fotograferen. Vanwege het lage standpunt is het in zo’n geval heel makkelijk een hoekzoeker te gebruiken, of een uitklapbaar schermpje is natuurlijk ook heel handig. Er lopen de nodige grutto’s, maar die blijven nog een beetje op afstand. Gelukkig heb ik onderweg naar Marken een Canon RF converter 1.4x gehaald en die komt hier nu in combinatie met de Canon RF 100-500mm heel goed van pas.
Geen stroom
Behalve grutto’s zien we ook kemphanen, tureluurs, kieviten en scholeksters aangevuld met de nodige eenden zoals bergeend, krakeend, zomertaling en wintertaling. Prachtig om ongestoord die vogels te
kunnen observeren en te fotograferen. Het geeft ook een inzicht in specifiek gedrag zoals vechten, dreigen of paren. Een mannetje tureluur wil paren en begint met zijn vleugels te slaan en zenuwachtig te fluiten, op zo’n korte afstand zie je ook heel goed het verschil tussen man en vrouw grutto. Het wijfje heeft een langere snavel maar het mannetje heeft zeker in deze tijd een veel warmer getint verenpak. Er komt ook een watersnip voorbij; waar zie je die zo dichtbij? De vogel steekt regelmatig de snavel in de weke prut. In het avondlicht staan er meerdere grutto’s pal voor de hut. Met de ranke snavels brengen de vogels de veren op orde. Dit leent zich heel goed om grutto’s te filmen in 4K. Voordat je naar de hut in Marken gaat, dienen je accu’s geladen te zijn want er is geen stroom. Maar voor zo’n middag en vroege ochtend moet het kunnen. Op een laptop trek ik regelmatig mijn volgeschoten geheugenkaarten leeg.
Vogelfotografie vanuit hutten in ons land is momenteel erg populair. De onderkomens staan soms al maanden vol geboekt. Via de website van Glenn Vermeersch maakte ik onlangs gebruik van diverse hutten in Zuid-Frankrijk. Een vliegticket naar Toulouse is snel geboekt, maar reizen in coronatijd brengt nogal wat gedoe met zich mee.
Naar het hotel in Sougraigne Zo is er de vaccinatie-verplichting en daar bovenop kwam nog eens een pcr-test, waar de douaniers bij aankomst in Frankrijk overigens wel naar vroegen. Met een huurauto vanuit Toulouse voert de weg naar Sougraigne, in het departement Aude, een rit van bijna twee uur. Er is bij de aankomst in Sougraigne tijd over, dus gelijk maar naar contactman Philippe van der Steichel gereden in Saint-Juste-et- le Bézu, een gehucht van een paar huizen. Hem vinden lukt niet gelijk, een mevrouw in een naburig dorp weet het echter en wijst de weg. Achteraf was Sougraigne niet de ideale uitvalsbasis, zeker niet vanwege de bergruggen waar iedere ochtend en avond omheen diende te worden gereden. Er zijn bovendien geen gelegenheden om iets te eten. Vanuit dat standpunt was accommodatie in Callian boeken beter geweest.
In de hutten De volgende ochtend bracht Philippe mij naar een hut om bijeneters te fotograferen. Een keurig onderkomen, met uitzicht op twee dode boomtakken op een paar meter afstand en omlijst door een machtige vallei. Bijeneters vliegen er voldoende, maar strijken die ochtend niet neer op de bewuste takken. Beide takken staan niet in de directe omgeving van een kolonie. Later in de week landt er tijdens zo’n sessie wel een bijeneter in de opgestelde takken. Vlak bij de woning van Philippe ligt een drinkpoel, waar putters en groenlingen regelmatig een bad nemen. Zo af en toe verschijnt er een baardgrasmus, die de karakteristieke ‘Sylvia’ houding aanneemt, met de staart verticaal
omhoog dus. Verder scharrelt er vooral het bekende spul zoals koolmees, vink, grote bonte specht en gaai. De hut is half ingegraven waardoor je op hetzelfde niveau zit met het ondiepe water. Uit een ingegraven slang sijpelt water om het niveau in de poel op peil te houden. In de loop van de week zit ik meerdere keren bij deze poel, met zeer wisselende resultaten. Zo heb ik eenmalig een cirlgors zeer dichtbij, maar de algemenere soorten bepalen toch de toon: grote bonte specht, koolmees, merel en roodborst. Sessies in de zogenaamde ‘karrenhut’, leveren niets op. Er vliegt een zwarte kraai over en er dendert een wild zwijn voorbij. Voor deze week bracht ik een zwaar statief mee en een 500mm. Beide attributen gebruik ik echter niet. In iedere hut zijn namelijk bodemplaten aanwezig.
Oog in oog met steenmarters Op een avond staan er steenmarters op het programma. Pierre, een man met een gegroefd gelaat, vertelt met passie over de steenmarters rondom zijn huis. Zijn verhaal ondersteunt Pierre met de nodige handgebaren. Een mooie vent. In de omgeving liggen grote rotsblokken met veel ondergroei. Een ideale woon- en leefomgeving voor steenmarters. “Ils sont partout” (‘Ze zitten overal’) verduidelijkt Pierre. Langs zijn huis stroomt een rivier en via een hangbrug loopt hij mee naar een houten hut aan de overkant. Voor het geluidsdichte onderkomen staat een tafel van zo’n twee bij vier meter. Op de tafel liggen stenen en diverse boomtakken met gaten en holten. In de boom er boven hangt een
lichtsnoer, waarvan de sterkte met een schakelaar in de hut kan worden opgeschroefd of getemperd. Pierre doet de deur van de hut dicht en dan begint zoals altijd, het Grote Wachten… De steenmarters hebben hier een leuke gewoonte ontwikkeld, ze komen namelijk vroeg, bij daglicht! En warempel, rond een uur of acht komt de eerste, zoals Pierre had
gezegd. Het dier loopt snel, maar stopt om de paar meter om de omgeving te verkennen en verdwijnt dan weer. Kort daarop komen er drie steenmarters, die de boomtakken op de opgestelde tafel minutieus onderzoeken. Ze kruipen overal vliegensvlug in en uit, maar de dieren kijken regelmatig om zich heen. Met de Canon 100-400mm is het prima te doen. Locaties om steenmarters te fotograferen zijn er volgens mij niet veel. In Nederland kun je er een huren via Wildernistrek en dan ken ik nu deze locatie in Zuid-Frankrijk. Uit gesprekken met Pierre blijkt dat deze setting soms ook hele bijzondere gasten trekt… Pierre werkt namelijk met wildcamera’s en soms staan er beelden op van bezoekende genetkatten, sierlijke roofdieren met een gevlekte vacht en een lange staart!
Vale gieren van heel dichtbij De sessies met vale gieren zijn ronduit spectaculair. Dergelijke taferelen ken ik uit Portugal en Spanje. De hut van Philippe, van waaruit je die machtige vogels van zeer dichtbij kunt bekijken en fotograferen, is een belevenis op zich. De vogels staan op een meter afstand en kijken je daarbij zeer indringend aan. Soms slaan de enorme vleugels tegen je hut, waarbij de vogels zich verdringen om het uitgelegde vlees zo snel mogelijk naar binnen te werken.