Alle berichten van jvanderneut

Madeira; wandelen langs weelderige levada’s (2)

Wandelen langs levada’s op het Portugese eiland Madeira is een populaire bezigheid. Voor onze wandelingen gebruikten wij de Wandelgids Madeira. Een aantal wandelingen uit dit boekje hebben we gelopen (of juist niet…). Lopen langs levada’s klinkt heel mooi, maar wat is of wat zijn dat eigenlijk? Een levada is een irrigatiekanaaltje waarvan er veel voorkomen op Madeira. Dergelijke watertrans- portsystemen zijn ook bekend op het Iberisch Schiereiland, de Canarische eilanden La Palma en La Gomera en het Kaapverdische eiland Santo Antão. Levada is een Portugees woord, dat is afgeleid van levar dat ‘dragen’ betekent.

Bergketen
Het vulkanische eiland Madeira bestaat hoofdzakelijk uit een bergketen die in de lengterichting van oost naar west loopt. De meest voorkomende windrichtingen zijn noordoost en noord en bewolking wordt daarmee tegen de noordzijde van de bergketen gedrukt. Sinds de zestiende eeuw zijn watergangen op het eiland aangelegd om water uit het regenrijke en waterrijke noorden van het eiland, dwars door het gebergte, naar de drogere zuidkant van het eiland te brengen. De bronnen van de levada’s zijn plekken waar de natuur regenwater, maar vooral condensatiewater dat door de wolken die tussen de vegetatie worden gedreven ontstaat, via de rotsbodem doet samenvloeien. Om dat water via de kanalen door het gebergte te kunnen leiden is op veel plaatsen speciaal een tunnel door de berg gemaakt. De lengte van deze tunnels varieert van enkele meters tot meer dan vijf kilometer.

Ponta de São Lourenço
Ponta de São Lourenço, op de oostpunt van Madeira, is een natuurreservaat met prachtig panoramisch uitzicht op de Atlantische Oceaan en spectaculaire vulkanische rotsformaties; een uniek landschap in vergelijking met de rest van het eiland. Onderaan
de klip ligt het afgesloten strand Prainha, het enige natuurlijke (zwarte) zandstrand op het eiland, waarop wij trouwens een behoorlijke groep kleine zilverreigers ontdekten. Wij maakten deze wandeling op een zondag en het was zeer druk. Het parkeerterrein stond bomvol het was wachten tot dat er een plekje vrij kwam… Je loopt er dezelfde heen- als de terugweg.
Overvol parkeerterrein bij Levada das 25 fontes. (foto: Jacques van der Neut)

 

Levada das 25 fontes
Een van de populairste en mooiste wandelingen. Aan het bezoek is dat ook wel te zien want iedere keer als wij het bijbehorende parkeerterrein passeerden stond het bomvol auto’s. Wandelaars werden bovendien met busladingen aangevoerd. Heel populair en daardoor dus heel druk. Een reden voor ons om deze wandeling te laten schieten. De wandeling naar Curral das Freiras (nonnendal) hebben we eveneens overgeslagen. Vanuit de hoogte zagen we deze wandeling al liggen. In feite is het dalen en weer stijgen. Op locaties waar zoveel mensen komen, worden andere prijzen gehanteerd. Wij betaalden er voor een kop koffie en een cappuccino ruim zeven euro, terwijl dat in een kroeg in een of ander gehucht op amper 1,80 euro bleef steken.

Reusachtige boomvarens. (foto; Jacques van der Neut)

Naar de Caldeirao Verde. Mooie wandeling langs levada, maar ook heel druk. Zelfde heen- als de terugweg, waardoor er dus regelmatig tegenliggers dienen te worden doorgelaten. De ruimte op en rond deze wandeling is echter zeer beperkt. Links een rotswand en rechts een onvoorstelbaar diep ravijn. De bevestigde staalkabel langs deze levada biedt houvast. Bij het doorlaten van andere wandelaars, leunen we regelmatig tegen de  rotswand om tegemoet komende wandelaars er door te laten. Wel een mooie wandeling. Pikdonkere tunnels vormen een onderdeel van deze bijzonder groene wandeling; een zaklantaarn of hoofdlamp is dan wel handig. Op de heenweg meer volk, dan op de terugweg. Prachtig begroeide wanden met dubbelloof en levermossen. Iets hogerop reusachtige boomvarens en niet te vergeten de bijzonder fraai ontwikkelde laurierbossen met afhangende, grote slierten baardmossen.

Bij de start van de wandeling langs levada Santo da Serra, hing er een rode vlag, met de mededeling dat het pad in verband met de veiligheid was gesloten.  Nu ben ik van huis uit een beetje wars van autoriteit en bovendien, hoe lang hing die rode lap daar al?  Wij zijn doorgelopen en hebben geen moment het idee gehad dat mijn leven of dat van mijn vrouw, op wat voor manier dan ook, gevaar liep. Een mooie rondgaande wandeling van zo’n veertien kilometer; je loopt dus niet dezelfde weg weer terug. Op deze levada kwamen wij niemand tegen. We passeerden ruig begroeide valleien en zagen een wirwar van door elkaar gevlochten zwammen op een boomstam. Later in de week zagen wij dergelijke zwammen liggen in een houten kistje op een groentenmarkt. Uit navraag bleek dat er thee van kon worden getrokken.

 

Madeira; kleurrijk bloemeneiland in de Atlantische Oceaan (1)

De Strelitzia, wordt ook wel paradijsvogelbloem genoemd. (foto: Jacques van der Neut)

Madeira, ook wel bekend als het Bloemeneiland, ligt ten westen van Marokko in de Atlantische Oceaan en is het enige stukje tropisch regenwoud in Europa. Het straatbeeld op Madeira is uiterst kleurrijk, niet in de laatste plaats door de vele bloeiende planten, struiken en bomen. Palmbomen, bananenbomen, (in het wild groeiende) Fuchsia’s, blauw en wit bloeiende Agapanthus siert de bermen en straatkanten en voor de rest de Hortensia’s, Canna’s, witte aronskelken, Bougainvillea en niet te vergeten de bijzonder kleurrijke Strelitzia, vanwege de uitbundige tinten ook wel bekend als paradijsvogelbloem. Natuurlijk fladderen er vanwege al die bloemen de nodige vlinders rond, zoals atalanta’s, bonte zandoogjes, distelvlinders en monarchvlinders.

Laurierbossen
Madeira was ten tijde van haar ontdekking in 1419 zeer rijk aan boomsoorten. Door het eeuwenlang kappen van bomen voor bouwmateriaal en brandstof, zijn er weinig oorspronkelijke bossen op Madeira overgebleven. Zo was in 1433 al een groot deel van Madeira ontbost. Naast houtkap heeft het Bloemeneiland meerdere malen te maken met bosbranden. De sporen van de recente, felle brand uit augustus 2016, waarbij ook huizen verloren gingen in de hoofdstad Funchal, zijn nog duidelijk in het terrein te zien. Door zwartgeblakerde struiken en bomen hangt er dan een grauwsluier over het landschap. Ondanks de bosbranden en de boomkap groeien er in het noorden nog een aantal oorspronkelijke laurierbossen (laurasilva) die nogal eens in nevel zijn gehuld. In april kleuren de glooiende berghellingen donkergeel door massaal bloeiende gaspeldoorns; zij zorgen voor opvallende accenten in het bergachtige landschap. Het laurasilva van Madeira werd door de Unesco in 1999 uitgeroepen tot werelderfgoed. Nog steeds is een vijfde van het eiland begroeid met bossen, maar 90% daarvan bestaat uit uitheemse soorten; er zijn enorm veel boomsoorten ingevoerd, zoals kastanjes, mimosa’s, pijnbomen, Douglas-sparren, cipressen, Japanse ceders, Indiase zilversparren en eucalyptussen. Als je door die weelderige bossen wandelt mis je als Nederlander eigenlijk de vertrouwde zang van tjiftjaf, fitis of de boomkruiper. Hier en daar klinkt slechts de zang van de Madeiravink of de Madeira goudhaan. Er zijn wel opvallend veel merels. In kleine dorpen en gehuchten wordt het klankbeeld in het voorjaar in de vroege morgenuren en tegen de avond volledig door deze zwarte zangvogel bepaald. Op Madeira is alles weelderig begroeid, zo gedijen er maar liefst 67 soorten varens, waarvan twaalf endemische. De metershoge boomvarens zijn bijzonder imposante verschijningen. Tijdens een wandeling stuit je soms op de wel erg forse ‘Trots van Madeira’, een endemische variant van het slangenkruid (Echium) met mooie blauwviolette of witte bloemen.

De ‘Trots van Madeira’. (foto; Jacques van der Neut)

 

 

 

 

 

 

 

Madeira muurhagedis
Op Madeira komt maar een soort reptiel voor, de Madeira muurhagedis. Het is niet zo moeilijk om deze fraaie reptielen te bekijken. Het valt eigenlijk op, als je ze niet ziet! Zodra je ergens wandelt in de omgeving van een muurtje of een plantsoen dan zie je er tientallen wegschieten. Als het zonnetje schijnt dan warmen deze koudbloedige dieren zich graag op. Wij zagen grote aantallen in Port Moniz (bij het Orca restaurant) en tijdens ons bezoek aan de botanische tuin in Funchal. Normaal gesproken hoef je er niet naar te zoeken, zij kruisen vanzelf je pad. Sommige exemplaren hebben een fraaie tekening ; een hele trits aan blauwe stippels aan weerszijden van hun lijf. Volgens mij zijn dat de mannetjes, de vrouwtjes zijn overwegend donkerbruin getekend. Op Madeira kun je prachtige wandelingen maken langs levada’s. In mijn volgende blog ga ik daar verder op in.

Een zonnende Madeira muurhagedis. (foto; Jacques van der Neut)