Alle berichten van jvanderneut

Ervaringen met de Think Tank StreetWalker Rolling Backpack v2.0

Aangezien ik er een tijdje tussenuit ben geweest, even een poosje radiostilte. Mijn vrouw en ik waren druk bezig met de voorbereidingen voor onze reis naar de Falkland Eilanden, in januari. Op zo’n onderneming komt altijd die ene vraag; wat voor fotospullen neem je mee en niet geheel onbelangrijk, hoe neem je het in hemelsnaam allemaal mee? Ervaringen met de ThinkTank Streetwalker Rolling Backpak V2.0 naar de Falkland Eilanden.

Tijdens onze reis naar de Falkland Eilanden hebben we de ThinkTank Streetwalker Rolling Backpack V2.0 intensief gebruikt. foto; Jacques van der Neut

Rolkoffer

De plannen om naar de Falkland Eilanden te gaan sudderden al langer. Je kunt plannen voor deze magische eilanden zo uit je mouw schudden, maar om er dan te komen vergt toch nog wel een behoorlijke inspanning. Aangezien de accomodatie op de Falkland Eilanden beperkt is, moet je minstens een jaar of twee geduld hebben! De beperkte accomodatie is immers snel (vol) geboekt. Hoe je dat allemaal kunt doen, is een verhaal apart en komt wellicht nog een volgende keer aan de orde. Zodra de ideeën concreter worden over zo’n droombestemming, dan komt de vraag over de foto-apparatuur vanzelf boven drijven. Lange tijd was ik er bijvoorbeeld van overtuigd om mijn Canon 500mm f 4.0 mee te nemen, maar mijn fotovriendjes hebben mij dat sterk afgeraden. Zo’n lens is niet alleen te groot en te zwaar om er mee rond te zeulen, maar de vogels (en zoogdieren zoals zeeolifanten) zijn meestal vrij eenvoudig te benaderen en dus ook te fotograferen. Het plan om de boel in rugzakken te doen verdampte, toen ik bij een bezoek aan mijn vaste leverancier, de ThinkTank Streetwalker Rolling Backpack V2.0 onder ogen kreeg. Een stevige rolkoffer, die je trouwens ook kunt gebruiken als rugzak. De draagbanden kun je achter een rits aan de binnenkant wegmoffelen en uit de bovenkant van de tas trek je een handvat naar boven, waardoor deze rugzak snel in een rolkoffer verandert. Bij enigszins harde grond kun je deze koffer eenvoudig achter je aan trekken. Scheelt weer een hoop sjouwwerk. Al met al een bijzonder solide en praktische fotokoffer voor op reis.

Bij een harde ondergrond kun je in het veld de rolkoffer achter je aan trekken. (foto; Annemieke van der Neut-Meeuwisse)

Camerabodies

Bij ons onderkomen op Sea Lion Island was op loopafstand een kolonie ezelspinguïns te bewonderen. (foto: Jacques van der Neut)

Mijn Canon 500mm f 4.0 liet ik dus thuis; het duurde even voordat ik daar mee akkoord ging. Maar wat dan wel mee? In mijn koffer stopte ik een 100 mm macro f 2.8, een 16-35mm f 2.8 groothoek, een 70-200mm zoomlens f 2.8, een 100-400mm zoom f 4.0-5.6 en een Gopro Hero 5 Black met Rode microfoon. Daarnaast twee camerabodies; te weten een Canon 7D Mark II en een Canon 5D Mark IV. In het rugcompartiment was in een smalle sleuf, nog plek voor een laptop. Diverse ruimtes werden opgevuld met de nodige geheugenkaartjes (in totaal 300 gygabyte), een hoofdlampje, een blaaskwast, een hoekzoeker, draadontspanners, een Rode microfoon en diverse regenhoezen. Alles bij elkaar zo’n 16 kilo. Natuurlijk rijst dan weer de vraag, hoe gaat dat met vliegen? De ThinkTank Streetwalker Rolling Backpack V2.0 past natuurlijk probleemloos in de bagagevakken van een vliegtuig. Mijn vrouw en ik vlogen de halve wereld over en niemand woog mijn fotokoffer tijdens het overstappen.

Extreem laag water

Door de aanhoudende oostenwind, in combinatie met een lage rivierafvoer, is er in de Biesbosch de laatste dagen sprake van extreem laag water. Sommige mensen denken dat die lage waterstand wordt veroorzaakt door de Haringvlietsluizen die al op een Kier zouden staan. Niets is natuurlijk minder waar! De betonnen waterkering staat zoals gewoonlijk nog potdicht.

Door overwegend oostenwind en lage rivierafvoeren, lopen diverse kreken in de Biesbosch ‘leeg’. (foto; Jacques van der Neut)

Polder De Dood
“Zo’n lage waterstand komt niet veel voor” stelt Rob van der Made, boswachter beheer bij Staatsbosbeheer in de Biesbosch. “Ik woon in het huis op Polder De Dood, in de Brabantse Biesbosch. Van de week was ik daar aan het varen met de Ardea, de werkboot van Staatsbosbeheer en op een gegeven ogenblik kon ik zelfs niet meer bij mijn woonhuis komen. Als het persé moest, kon het wel, maar dan zou ik een flink eind moeten omvaren. De Ardea heb ik toen maar bij de oever neergelegd en met mijn bijbootje naar De Dood gevaren. Sinds de afsluiting in 1970 van het Haringvliet, komen dergelijke extreem lage waterstanden niet veel voor. Het is trouwens wel opvallend dat het dit jaar al de tweede keer is. In maart gebeurde zoiets immers ook al.” Aangezien er door de aanhoudend lage waterstanden veel slik droogvalt krijg je ook een idee van de dierlijkse bewoners. Van der Made en zijn collega Arie Benschop zagen duizenden afdrukken van rattenpootjes in het slik. Ook de ingangen van beverburchten lagen boven water. “Je kon zo in de burcht koekeloeren” benadrukt Benschop uitgelaten. Door de lage waterstanden zijn kreken als het Buitenkooigat en de Sloot beneden Petrus onbevaarbaar. Dergelijke droogvallende kreken zijn uitgelezen stekkies voor blauwe reigers en grote zilverreigers. De vogels stappen behoedzaam door het ondiepe water, in de hoop er nog iets van hun gading te vinden. Het doorstroomgebied in de Noordwaard bij Werkendam ligt er verlaten bij. De randen van de gegraven geulen zijn goed zichtbaar. Op de aangrenzende weilanden lopen een paar honderd grauwe ganzen en brandganzen.

Gat van de Noorderels
In de omgeving van de Ganzenwei vliegt een ruigpootbuizerd. Later verschijnt er een tweede exemplaar in beeld. Een exemplaar bidt regelmatig. Ruigpootbuizerds zijn uitgesproken trekvogels en verlaten hun noordelijke broedgebieden om ’s winters naar het zuiden te trekken. Deze trek begint al in augustus, de terugkeer is in februari. De ruigpootbuizerd geeft wat biotoopkeuze betreft de voorkeur aan de toendra of de overgangszone tussen toendra en taiga. In goede knaagdierjaren broedt hij ook in uitgesproken beboste gebieden, afgewisseld met grote open vlaktes. In dergelijke gevallen broedt de ruigpootbuizerd ook wel zuidelijker. Ruigpootbuizerds eten overwegend kleine knaagdieren (aardmuizen en lemmingen). De rest van de prooien bestaat uit vogels, bij voorkeur sneeuwhoenders, eenden, steltlopers en verschillende zangvogelsoorten. Buiten de broedtijd bestaat het voedsel vrijwel uitsluitend uit kleine zoogdieren. ’s Winters komen ruigpootbuizerds ook op aas af. Via de Noordwaard ga ik weer met de pont terug naar de Kop van ’t Land. Aan ‘onze’ kant van de Biesbosch is het uiteraard ook laag water wat de klok slaat. De Tongplaat is zowat leeggelopen en het Gat van de Noorderels, de kreek pal voor het Johannes Visgemaal, staat bijna droog, slechts een strook water slingert er grillig doorheen. Het waterpeil zakte ook hier ruim beneden N.A.P. Het huidige lage water in het rivierengebied heeft er tevens voor gezorgd dat het op een ‘kier’ zetten van de Haringvlietsluizen voorlopig is uitgesteld. Door de lage waterstanden kan het zoute water namelijk voorbij de denkbeeldige lijn Middelharnis en de Spuimonding komen en omdat Rijkswaterstaat dat wil voorkomen, houden zij de waterkering voorlopig nog op slot.

N.A.P. bepaalt de hoogte

Het Normaal Amsterdams Peil (meestal afgekort tot N.A.P) is de referentiehoogte ofwel peil waaraan hoogtemetingen in Nederland worden gerelateerd. Voor het gemak wordt het N.A.P vaak gelijkgesteld aan het gemiddeld zeeniveau. Het N.A.P-net bestaat uit ongeveer 35.000 zichtbare peilmerken, meestal bronzen boutjes met het opschrift N.A.P, aangebracht in kaden, muren, bouwwerken of op palen en bovendien 400 ondergrondse peilmerken. De onderlinge hoogteverschillen tussen de peilmerken worden nauwkeurig vastgelegd. Als gevolg van bodembewegingen treden er voortdurend veranderingen op. Eens in de 10 jaar bepaalt Rijkswaterstaat opnieuw de hoogte van de meeste peilmerken. De gegevens van de peilmerken worden bekend gemaakt in een N.A.P-peilmerkenlijst, waarin de gemeten hoogte ten opzichte van het N.A.P-vlak staat aangegeven en de gegevens waar het merk te vinden is.